- Democratisch: Het bestuur van OvRAN is verplicht te voldoen aan een verzoek van meer dan 40 leden tot regelwijziging. OvRAN zal al haar communicatiekanalen daartoe ter beschikking stellen. Er kan elektronisch worden gestemd. Er is onbeperkte volmachtverlening mogelijk.
- Pluriform: Statutair is het subsidiariteitsbeginsel vastgelegd. Dat betekent dat wanneer besluiten, taken of activiteiten beter door een zelfstandige kamer uitgevoerd kunnen worden, deze taken niet door het bestuur van OvRAN worden uitgevoerd.
- Zelfstandige Kamers: Er zijn inmiddels drie Kamers operationeel: voor “samenstellers”, voor overheids- en voor interne accountants. Sommige kamers zullen kiezen voor een eigen keurmerk in de vorm van een eigen titel voor de kamerleden naast de nieuwe beroepstitel met het accent op advies. De Kamers besluiten geheel zelfstandig en voeren zelf hun taken en activiteiten uit. Dat schept een “community-achtige” structuur die innovatie en kwaliteitsverbetering mogelijk maakt.
- Geen overheersende belangengroeperingen: De regelgeving verbiedt en bemoeilijkt het overheersen door bepaalde belangengroeperingen, bijv. grote kantoren.
- Duidelijke en korte beroepscode: In een samenvatting van de Code of Ethics van Ifac van slechts 7 pagina’s wordt een eind gemaakt aan het toewijzen van categorie B of C aan personen via onduidelijke termen met grote gevolgen zoals als “assurance” en “aan assurance verwant”. AFM-ingeschreven leden of leden die zich als wettelijke controleur willen profileren vallen in deel B van de beroepscode, alle andere in deel C. Via een duidelijke netwerkdefinitie wordt voorkomen dat afdelingen van grote kantoren zich kunnen ontrekken aan alle accountancyregelgeving. De deugdelijke grondslag is in ere hersteld.
- Efficiëntere PE: Een superieur PE-systeem (Output-PE) wordt toegelaten. Dit legt de nadruk op de individuele, tijdsgebonden en zeer gevarieerde PE-behoeftes. Zo verhoogt uw kwaliteitsniveau in deze tijd van zeer snel wisselende regelgeving en omstandigheden. Daarnaast bespaart u aanzienlijk want verloren werktijd en verspild cursusgeld alleen om punten te schrijven, wordt daarmee voorkomen. De leden kunnen overigens blijven kiezen voor het puntentelsysteem met haar nadruk op (soms voorgeschreven) openbare cursussen. De site stelt E-learning faciliteiten ter beschikking, sommige zelfs gratis. De site rubriceert ook alle actualiteiten per interessegebied.
- Signaalgerichte, collegiale en coachende toetsing: Dit toetsingssysteem werkt op signalen inzake een bepaald lid. Bij een dergelijk signaal krijgt een collega de opdracht coachend de noodzaak te onderzoeken dat drie collega’s, vakgenoten en liefst uit dezelfde kamer, een toetsing moeten uitvoeren. Een collega wordt dan aangewezen door een (kamer) bestuur en een collega door het lid zelf. Tezamen zoeken ze een derde collega-vakgenoot. Pas na dit collegiale onderzoek kan een bestuur tuchtrechtelijke maatregelen voorstellen. Een belangengroepering kan zo geen onuitvoerbare normen meer opleggen aan andere belangengroeperingen en zichzelf vrijstellen.
- Uniform tuchtrecht: Slechts één tuchtrechtelijke instantie voor alle klachten in plaats van twee (accountantskamer in Zwolle en tegelijk een klachtencommissie -lees intern tuchtrecht- ).
- Opleiding tot adviseur in plaats van controleur: Studenten hoeven niet langer een drie- jarige stage te volgen bij een groot kantoor. Drie jaar trainen in vooral het afvinken van checklists is niet opleidingsefficiënt en draagt niet bij aan kenniskwaliteit. De overgrote meerderheid van studenten blijft immers niet lang werkzaam in de controlepraktijk. Accountancy is primair advies. Daarom is het veel efficiënter en kwaliteitsverhogend om ook buiten grote kantoren, gespecialiseerde aanvullende cursussen dan wel stages te kunnen volgen passend bij de gekozen werkkring.
- Slechts 100 Euro basiscontributie: Het bureau van OvRAN zal aanzienlijk efficiënter opereren dan het Bureau van Nivra of NOvAA. Er worden marktconforme salarissen betaald, overhead en stafafdelingen ontbreken, regelgeving is gedelegeerd aan de kamers. Dat beperkt de kosten van het Bureau tot 100 Euro (geïndexeerd) per jaar. De opslag voor leden die kiezen voor een kamer (“samenstellers”) die veel ondersteuning moet bieden, hoeft niet hoger te zijn dan 400 Euro per jaar. Die betalen dus slechts 500 Euro in totaal.